Kansspelautoriteit (KSA), de Nederlandse Kansspelautoriteit, heeft de introductie van een nieuw algemeen boetebeleid aangekondigd, dat vanaf 1 januari 2025 van kracht zal zijn.
De KSA merkte op dat het beleid “meer richtlijnen voor het opleggen van boetes” biedt en “meer duidelijkheid voor kansspelaanbieders en andere partijen” onder het toezicht van de autoriteit.
Gepubliceerd in de Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden, geldt het beleid voor alle overtredingen die de KSA toeziet, en dekt het specifieke overtredingen zoals bepaald in de Wet op de Kansspelen op afstand en de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft).
Het nieuwe boetebeleid is verdeeld in vijf categorieën, waarbij elke categorie een basisboete heeft.
De boete in categorie één varieert van €0 tot €500 met een basisboete van €500; de boete in categorie twee varieert van €0 tot €10.000 met een basisboete van €10.000; de boete in categorie drie varieert van €0 tot €200.000 met een basisboete van €100.000; de boete in categorie vier varieert van €0 tot €1 miljoen met een basisboete van €500.000; en de boete in categorie vijf varieert van €0 tot €4 miljoen met een basisboete van €2 miljoen.
De KSA merkte op dat boetes in categorie vijf alleen zullen worden opgelegd voor Wwft-overtredingen. Voor niet-Wwft-overtredingen in de hoogste categorie (categorie vier) heeft de autoriteit de optie om een omzett gerelateerde boete van 3% van de bruto-omzet van de overtreder op te leggen om de effectiviteit van de boete te vergroten.
Om transparantie te bieden over hoe boetecategorieën worden bepaald, heeft de autoriteit een stapsgewijze uitleg van het evaluatieproces voor overtredingen gegeven:
Stap 1: Basisbedrag – bepaalt het toepasselijke basisbedrag voor de boete.
Stap 2: Recidive – verdubbeling van het basisbedrag als de vergunninghouder de overtreding eerder heeft gepleegd.
Stap 3: Ernst – onderzoeken van de omvang en duur van de overtreding, of de vergunninghouder eerder de norm heeft geschonden zonder dat er een bestuurlijke sanctie is opgelegd, negatieve gevolgen voor klanten, negatieve sociale gevolgen en mogelijke integriteitsrisico’s, en zo nodig de boete met maximaal 50% verhogen of verlagen.
Stap 4: Schuld – evalueren van de schuld van de vergunninghouder, en zo nodig de boete met maximaal 50% verhogen of verlagen.
Stap 5: Omvang van de overtreder – gebruik maken van de bruto-omzet van de vergunninghouder om het boetebedrag te bepalen. Voor entiteiten binnen bedrijfsclusters kan ook de geconsolideerde omzet in overweging worden genomen.
Stap 6: Bijzondere omstandigheden – vergunninghouders kunnen bijzondere omstandigheden aanvoeren die de boetes met maximaal 25% kunnen verlagen. Voorbeelden zijn vrijwillige melding, volledige onafhankelijke onderzoeken, genomen corrigerende maatregelen en het implementeren van effectieve maatregelen om de overtreding te beëindigen.
Stap 7: Ophoping van boetes – rekening houden met verwante overtredingen indien nodig om ervoor te zorgen dat opgelegde boetes passend zijn.
Stap 8: Verworven voordelen – als het verkregen voordeel hoger is dan het boetebedrag, wordt de boete verhoogd tot ten minste het bedrag van dat verkregen voordeel.
Stap 9: Financiële capaciteit – indien nodig wordt rekening gehouden met de financiële capaciteit van de vergunninghouder.
De Staatscourant vermeldt: “Bij het bepalen van een boete voor een overtreding van een bepaling die is geclassificeerd in categorie I of II, zijn alleen stappen 1, 6 en 9 van het stappenplan van toepassing. Bij het bepalen van een boete voor een overtreding van een bepaling van de Wwft die is geclassificeerd in categorie II, is stap 2 ook van toepassing.”
Michel Groothuizen, voorzitter van de raad van de KSA, verklaarde: “De KSA wordt als organisatie steeds professioneler. Na de opening van de online markt in 2021 kregen we een nieuwe categorie vergunninghouders. In 2022 hebben we de eerste boete opgelegd aan een vergunninghouder.
“We hebben nu voldoende ervaring opgedaan om te komen tot een weloverwogen boetebeleid voor zowel vergunninghouders als andere partijen. Dit creëert duidelijkheid voor de partijen onder ons toezicht en motiveert hen hopelijk nog meer om boetes te voorkomen.”